Dat de geschiedenis niet steeds zo is zoals wij ze kunnen lezen in geschiedenisboeken en zien op TV wordt af en toe benadrukt als er mensen zijn zoals Werner Biermann, Heinrich Billstein, Carsten Günther, Florian Opitz en Susanne Sprör, van de Duitse zender WDR, die een duidelijke en toetsbare documentaire maakten over het vijandbeeld dat Westerse mensen hebben van Arabische landen en het vaak daarbij behorende geloof.

 

Door de snelheid waarmee onze informatievoorziening werkt maar ook de insteek die verschillende omroepen, nieuwskanalen gebruiken, al dan niet opzettelijk, hebben veel mensen een compleet verdraaid beeld van de werkelijkheid. Dit kan de publieke opinie behoorlijk beïnvloeden. Het zal niemand ontgaan zijn dat als er een oorlog aanstaande is een groot deel van de media dit maximaal uitbuit, opklopt en zelfs aansterkt om de manschappen die deelnemen aan de zoveelste vredesmissie, die meestal uitdraaien op vreselijke slachtpartijen, een hart onder de riem te steken en het gevoel meegeven dat ze vechten voor een goede zaak. Eigenlijk is het gewoonweg haat zaaien. Zo kennen wij vandaag de dag de Arabieren als een gemeen en vechtlustig volk. Niets gaan ze uit de weg, de meest vreselijke methodes passen ze toe om het Westen te raken. Zelfmoordaanslagen en vreselijke raketten die nota bene op bevolkte gebieden worden gericht om zo veel mogelijk burgerslachtoffers te maken. De andere kant, die vertegenwoordigd wordt door het Westen en Israël vecht de oorlog zoals die in de boekjes staat. Schoon en met zo min mogelijk slachtoffers. Sparen burgers en bedienen zich niet van gemene technieken. Zij zijn de goeden.

 

Je zult het cynisme in bovenstaande regels niet gemist hebben hoop ik want als je een beetje onderzoek doet naar deze gruwelijke tragedie die nu al 60 jaar voortduurt zul je erkennen dat er ooit een begin geweest is in dit conflict en dat daar ook de oplossing van dit conflict gezocht zou moeten worden. De documentaire die jullie nu in verschillende delen kunnen bekijken wordt zoals wij gewend zijn van onze Oosterburen nagesynchroniseerd, vandaar dat ik onder elk filmpje een korte samenvatting schrijf van hetgeen er verteld wordt.

 


Deel 1.

 

De Arabieren.

 

De Oriënt heeft steeds tot de verbeelding gesproken van het Westen, het spiegelbeeld van de eigen wensen en angsten. De romantici van de negentiende eeuw hadden zichzelf een beeld gemaakt van de Oriënt als een verfijnde wereld, harems, de tuin der lusten. Wie het kon reisde naar Egypte of naar Granada, de oude stad van de Moren, de Arabieren. Vandaag de dag komen de beelden realtime de huiskamer en hoofden binnen. Ook met deze elektronische beelden schetst het Westen zich een beeld die nu echter als oorlogszuchtig, fanatiek en gruwelijk voorkomen. De beelden laten een wereld zien in duurconflict, een wereld zonder gezond verstand, een wereld die tegen onze wereld is, een anti Westerse wereld. De beelden doen zelfs vermoeden dat er een oorlog aanstaande is, een heilige oorlog, een gevecht tussen culturen. Over de wereld van de Islam kan er geen eenvoudige waarheid zijn want deze wereld is gigantisch, vol met verschillende volkeren en culturen. Er zijn bijna 1,5 miljard mensen tussen Marokko en Maleisië, Nigeria en Perzië, die buiten hun religie niet veel overeenkomsten hebben. Over deze grote veel-volkerenwereld van Perzen, Turken, Maleisiërs, Nigerianen, etc. kan men veel zeggen maar van bijna alles ook het tegendeel. De maatschappelijke ideeën, de invloed van de religie op het dagelijkse leven, de rol van de vrouwen, al dit is er in tegenzeglijke veelvoud. In deze Islamitische wereld vormen de Arabieren als volk slecht een kleine minderheid. Maar zijn de Arabieren überhaupt een volk, een natie? Bij de bewoners van het Arabische schiereiland is het duidelijk dat ze Arabieren zijn maar bij de Egyptenaren, Marokkanen en Soedanezen?

 

 

Het begrip Arabieren is geen rassenkwestie. Het Arabierenras bestaat niet. Voor mij en voor de meeste Arabieren is het een cultureel/ geschiedkundig iets.

 

 

 

Geen volk dus en al helemaal geen ras maar wel een culturele samenleving. Een Arabier is een mens die Arabisch als moedertaal heeft. Arabisch is niet alleen de taal van alledag, de wetenschap en de techniek, Arabisch is de taal waarin God zich aan de gelovige moslim heeft geopenbaard. Veel volken hebben met de Islam ook de taal overgenomen waarin deze verspreid werd.

 

Als iemand zegt ik spreek Arabisch, ik voel mij een Arabier, hoeft hij geen moslim te zijn. Wij hebben in de Arabische wereld ongeveer 12 miljoen christenen.

 

Een Arabier hoeft niet uit Arabië te komen en hoeft geen moslim te zijn. Hij kan van alles zijn, Jood

of Atheïst, hij kan ook burger van een niet Arabische Staat zijn, een Duitser, een Amerikaan of Israëliër zijn. Historisch bezien hebben Joden en Moslims in de Arabische wereld eerst redelijk vreedzaam samen geleefd. Maar in de twintigste eeuw is alles veranderd. Omdat in deze regio de aardolie zo rijkelijk vloeit zijn grootmachten zich ermee gaan bemoeien, hebben koningen geïnstalleerd, Staten opgericht en revoluties aangewakkerd. De Arabieren op hun beurt hebben de Westerse ideeën uitgeprobeerd, nationalisme, socialisme, kapitalisme. Nu wenden deze mensen zich weer tot de religie in de hoop een eigen weg, manier te vinden. En dan is er nog het conflict in het Midden Oosten, sinds tientallen jaren onopgelost, een van de vele conflicten, haar wortels reiken ver terug.

 

Het Verraad.

 

November 1914, Turkse troepen op weg naar de oorlog. Aan de zijde van Oostenrijk, Hongarije en Duitsland vechten ze in de eerste wereldoorlog tegen Britten, Fransen en Russen. De Osmanen of hoe de Turkse leiders ook heten  kunnen hun reusachtige rijk niet meer bij elkaar houden. Hun imperium tussen Constantinopel en Mekka, Jeruzalem en Bagdad, valt uit elkaar. Hun voornaamste vijand, het Britse Rijk. Voor Groot Brittannië gaat het in het land der Arabieren vooral om een vrije doorgang naar India en om olie. Ook de Arabieren verzetten zich tegen de Osmanen en roepen op tot opstand. De tijd is rijp, de gelegenheid gunstig. Faisal,  de zoon van de sharif van Mekkais hun militaire en politieke leider. En het is het uur van de beroemde Britse officier, Thoma.E.Lawrence, de beroemde Lawrence van Arabië. Lawrence en Faisal voeren gezamenlijk de opstand.

 

Ze hadden de ondersteuning van de Britten nodig maar de Britten hadden ook de ondersteuning van de Arabieren nodig om tegen de Turken met zo min mogelijk verlies van manschappen te winnen.

 

Faisal voert in juni 1916 de Arabieren aan in de Jihad uit naam van de Islam in het gevecht tegen de Turken. Het is niet enkel een gevecht van de Bedoeïenenstammen, onder de opstandelingen bevonden zich ook mensen van de Arabische elite, die tot dat moment als ambtenaar of officier het Ottomaanse rijk gediend hadden, hun ideeën zijn op Europese gedachten gebaseerd, door het nationalisme beïnvloed, hun doel. De onafhankelijkheid van Arabië. Onder druk van het Arabisch Britse verbond valt de heerschappij van de Turken uiteen. Legendarisch in deze is de inname van de havenstad Akabah als deze vanuit de woestijn veroverd wordt. In oktober 1918 trekken de zegevolle wapenbroeders Damascus binnen. Eerder werden reeds Bagdad en Jeruzalem veroverd.

Het Ottomaanse rijk bestaat niet meer. Nu beroepen de Arabieren zich op hun rechten maar daarvan willen hun Britse bondgenoten nu niks meer weten.

 

De Arabieren voelden zich verraden omdat de Britten hun belofte, dat de Arabieren vrij zouden zijn na de oorlog, niet nakwamen.

En terecht dat de Arabieren zich verraden voelden want nog voor de opstand en het bondgenootschap hadden de Fransen en de Britten in een geheime overeenkomst Arabië tussen elkaar opgedeeld. Tijdens de conferentie van Versailles zaten de Arabieren niet aan de overwinnaarstafel van de eerste wereldoorlog. De Arabische zaak kreeg tijdens deze conferentie geen gehoor. Je kunt het veroverde land dat de Westerse kolonisten beschouwen als het heilige land van de beschaving niet zomaar aan de Arabieren overlaten. In de ogen van de witte man is de Arabier nog niet rijp voor een eigen Staat.

 

Op het moment dat de oorlog voorbij was en deze landen onafhankelijk werden waren ze niet bekwaam om zichzelf te regeren en daarom werden ze via de Volkerenbond verdeeld als mandaten.

 

 Britten en Fransen verdelen zich de oorlogsbuit. Irak, TransJordanië  en Palestina worden aan de Britten toegewezen, Syrië en Libanon geraken onder Frans mandaat. In opdracht van de Volkerenbond moesten de nieuwe landen uiteindelijk tot onafhankelijk verklaard worden. Ook het mandaat van de Volkerenbond is niks anders dan kolonialisme.

 

Deel 2

 

De heerschappij van de Fransen is hard en onverbiddelijk, die van de Engelsen al niet minder. In Irak wordt Faisal, de leider van de opstand, koning, zijn broer krijgt TransJordanië. Telkens weer verzetten de Arabieren zich tegen de nieuwe buitenlandse heersers zoals in 1925 in Syrië. Mekka in de jaren twintig. De Saoedisch verdrijven de familie van Faisal uit de heilige steden. Ook de religie kan de versplinterde Arabieren niet verenigen. Een droom van een verenigde Arabische Staat is vooralsnog uitgedroomd. Veel Arabieren, in het bijzonder de machtigen en rijken, gooien het op een akkoordje met de heerschappij, men wacht op betere tijden of op betere gelegenheden. Men leeft.

 

 

Er was geen eenheid binnen de pan Arabische beweging zoals in het Ottomaanse rijk, de bewegingen heeft zich binnen afzonderlijke Staten ontwikkeld en moeizaam, zeer moeizaam, vooral in de dertiger, veertiger en vijftiger jaren heeft de beweging zich weer samengeraapt. De beweging was er weer.

 

De kleine Iraakse koning Faisal de tweede aan de hand van de Britse mandaatmacht. Zonder de toestemming van de Westerse machten hebben de Arabieren niks te vertellen, ook niet in Irak dat sinds 1930 formeel onafhankelijk is. Nog slechts een keer verzetten  Iraakse officieren zich tegen de Britten in 1941. Ze halen zelfs de Nazies binnen om met hun hulp de Britten te verjagen. Een Britse militaire actie verjaagd de Duitsers en maakt een einde aan deze opstand. Ook tijdens de Tweede Wereldoorlog staan veel Arabieren weer aan de kant van de Britten maar anders dan ten opzichte van eerder brengt deze oorlog ze wel de zo gewilde onafhankelijkheid, dat heet, formeel. In 1946 geeft Franrijk,  Syrie en Libanon de volledige soevereiniteit. Engeland geeft Jordanië de onafhankelijkheid. De ogen van de wereld zijn nu gericht op één land, Palestina.

 

 

 

De Catastrofe.

 

December 1917. Binnenmars van de Britten in Jeruzalem. Edoch tijdens de triomftocht van de Britten door de heilige stad staat het wapenbroederschap al weer op een laag pitje. Weer hebben de Britten achter de rug van de Arabieren om de naoorlogse orde gepland. Buitenland minister Balfour belooft de Joden zich in te zetten voor een nationale thuishaven voor Joden in Palestina. Deze Balfour verklaring wordt een vast onderdeel van de mandaatovereenkomst voor Palestina. Voor de tweede keer voelen de Arabieren zich bedrogen en verraden.

 

Wel, het was verraad in die zin dat het verdrag van Balfour zei dat de Joden een thuishaven moesten krijgen maar er werd niet gesproken van een onafhankelijke Staat.

 

Aangemoedigd door deze verklaring en de hen goed gestemde houding van de Britse Mandaatmacht forceren de Joden de immigratie en de landkoop in Palestina.

 

Het was duidelijk. Het ging niet om nederzettingen of immigratie, het ging om de totstandkoming van een Staat. En deze Staat kan er slechts komen op rekening van de oerbewoners, de Palestijnen.

 

 

Voor de Arabieren blijft er slechts de opstandbeweging die door de Britten totaal onderdrukt wordt zoals de grote Arabische opstand van 1936 tot 1939. De Arabieren zitten in een dilemma, accepteren ze het Britse mandaat, dan accepteren ze gelijktijdig de Balfour verklaring. Vechten ze tegen het mandaatschap van de Britten, dan worden ze van elke politieke zeggenschap uitgesloten.

 

In principe waren de Britten voor de immigratie van de Joden maar toen hierdoor een revolte ontstond hebben ze geprobeerd dit een beetje af te zwakken en ook hierin voelen de Arabieren zich bedrogen omdat zij menen dat dit een samenzwering geweest is tussen de Zionistische beweging en het Britse mandaat.

 

99% van de Britten waren partijdig, ze stonden aan de kant van de Arabieren, daar is geen twijfel over mogelijk.  Wij hadden medelijden met hen omdat ze uit hun vaderland verdreven werden.

 

Een legende. Tegen de Arabieren treden de Britten veelal harder op dan tegen de Joodse verzetsbeweging. Als echte koloniale machthebbers kijkt men neer op de Arabieren. Als er steeds meer Joden voor de Duitsers vluchten naar Palestina voelen de Arabieren zich meer en meer gebruikt, de redding van de Joden moet niet ten koste van hen gaan. De Arabieren zetten de Britten onder druk om de immigratie te beperken, met gevolg. Nu geraakt ook de mandaatmacht in het vizier van de Zionistische krijgers, Palestina zakt af in terrorisme, de Britten geraken tussen twee fronten, verliezen het overzicht en trekken zich terug.

 

Het Arabische en Joodse terrorisme waren totaal verschillend. Er waren nauwelijks Arabische aanslagen, de Arabieren kregen steun van de Britten, de Arabieren wilden niet dat de Britten nu het land zouden verlaten. Toen de Britten vertrokken kwamen de Arabieren afscheid nemen in de haven. De Joden waren kompleet anders, zij wilden dat wij vertrokken. In november 1947 wordt Palestina op commando van de Unie verdeeld onder gejuich van de Joodse kolonisten. De Arabieren wijzen het commando af, een half jaar later roept David Ben Gurion de Staat Israël uit.

 

De vestiging van een niet Islamitische, Arabische Staat in het hart van Arabië wordt als een krenking, minachting, sterke belediging beschouwd.

 

De strijd om Palestina wordt nu een gezamenlijke Arabische zaak, troepen uit Egypte, Syrië, Jordanië, Libanon en Irak ondersteund door Saoedische en Jemenitische soldaten trekken tegen Israël op. De nederlaag is onthutsend, versplinterd en slecht uitgerust verliezen de Arabieren het gevecht om Palstina. Onder hen een jonge Egyptische officier,  Gamal Abdel Nasser, die net als velen de hoop had gevestigd op een grote Arabische overwinning.

 

Het waren slechte wapens die men gebruikte. Nasser en enkele van zijn collegae hebben toen gezegd dat de strijd eerst in Cairo moet beginnen en niet in Palestina.

 

De Hoop.

 

Na de nederlaag in de Arabische Israëlische oorlog is de Arabische wereld verdeeld. Omdat koning Abdella van Jordanië de Arabische delen van Palestina geannexeerd heeft wordt hij in 1951 door een Palestijn in Jeruzalem vermoord.

 

 Voor Arabische nationalisten was de situatie aan het einde van de veertiger jaren zeer onbevredigend, ofschoon landen zoals Irak en Egypte formeel onafhankelijk waren bleken ze nog steeds onder controle van de Britten.

 

 

In het begin van de vijftiger jaren geraken de Europese koloniale machten en hun Arabische stadhouders steeds meer onder druk.

 

Deel 3.

 

In Egypte is koning Faroek in 1952 de eerste die uit de macht wordt gezet, de nationalisten van de vrije officieren onder leiding van generaal  Nagib nemen de macht over maar spoedig wordt hij door de charismatische officier Gamal Abdel Nasser aan de kant gezet. Nasser staat voor de Arabische eenheid  en sociale hervormingen, het Arabische socialisme.

 

 

Het zelfvertrouwen van de Arabieren lag aan duigen en het was belangrijk toen Nasser aantrad dit zelfvertrouwen weer nieuw leven wilde in te blazen. Hij gebruikte daarbij regelmatig de uitspraak. Broeders hef uw hoofden want de tijd van het kolonialisme is voorbij.

 

De erfenis van het kolonialisme.In het begin van de vijftiger jaren leven de meeste Egyptenaren nog steeds in armoede, dat is de nalatenschap van het kolonialisme. Grootgrondbezitters heersen als machthebbers. De kleine boeren bewerken hun velden zoals twee duizend jaar geleden. Nasser verklaart de armoede de oorlog en vordert de controle over de voorraden van Egypte.

 

Het Westen heeft eerst geprobeerd te onderhandelen met Nasser maar in 1955 keerde het Westen zich tegen hem omdat Nasser wapens begon te kopen van de Russen om zodoende het hoofd te kunnen bieden aan Israël.

 

Als antwoord op het terugtrekken van de Westerse financiële hulp voor het bouwen van de stuwdam in Asuan werd het Suezkanaal door president Nasser ingelijfd waarmee de Brits-Franse Suezkanaal-organisatie het recht op het bezit verloor. Deze maatregel leidde tot een ernstige crisis.

 

Israël ziet in deze crisis een gunstige gelegenheid Egypte aan te vallen om Nasser af te zetten. In oktober 1956 lopen Israëlische troepen over het Egyptische leger heen en rukken op via de Sinaï tot aan het Suezkanaal. Na geheime afspraken met Israël bemoeien ook Britse en Franse troepen zich met het conflict, ze willen het Suezkanaal weer onder hun leiding krijgen maar onder druk van Washington en Moskou zijn ze genoodzaakt zich terug te trekken. Nasser wordt de morele winnaar van deze crisis, door het volk gevierd wordt hij tot leider van de Arabische wereld uitgeroepen. Met hem lijkt de Arabische eenheid een echte kans te krijgen. In 1958 verbinden Syrië en Egypte zich onder leiding van Nasser tot de verenigde Arabische republiek. In Syrie is de baath-partij de drijvende kracht achter het Arabische socialisme en al spoedig ontwikkeld zich deze partij tot concurrent voor Nasser en in 1961 valt de nieuwe republiek weer uiteen. Een andere rivaal van Nasser regeert in Irak, Abdel Karim Kazim. Nadat hij koning Faisal heeft afgezet ziet hij zichzelf als leider van de Arabieren. Maar Nasser blijft het symbool en de leider van het Arabische nationalisme. Via radio Caïro  zijn de ideeën van Nasser overal in de Arabische wereld te horen, ook in Algerije. Sinds 1954 vecht de Nationale Bevrijdings Beweging tegen de kolonialistische heerschappij van de Fransen. Het Franse leger beantwoordt de vrijheidsstrijd van de Algerijnen met een vernietigingsveldtocht, vooral tegen de burgerbevolking. 300.000 doden en gruwelijke folteringen staan de overwinning van de Algerijnen niet in de weg. In 1962 wordt Algerije onafhankelijk. In Jemen geeft Nasser steun aan een afzettingsstrijd tegen de heersende Imam, de officier Al Salal is de rechterhand van Nasser in deze kwestie die door het Egyptische leger ondersteund wordt. De Imam krijgt steun van de Saoedisch. Arabieren vechten tegen Arabieren, zelfs met gifgas. In Egypte is Nasser de drijfveer achter de woningbouw en industrialisatie maar hij bouwt niet alleen aan de sociale Staat maar ook aan de zelfverheerlijking, hij laat geen religieuze of andere oppositie toe. Dat hij bij mammoet-projecten zoals de bouw van de Asman Stuwdam rekent op de hulp van het Oostblok maakt hem in het Westen verdacht, maar Nassers Arabische socialisme wordt gezien als een middenweg tussen het socialisme en het kapitalisme.

 

 

In het Westen was men bang dat Groot Brittannië en de USA door hun vijanden overvleugeld zouden kunnen worden en nog wel in een deel van de wereld dat enorm belangrijk voor het Westen was.

 

 

1967 Het conflict van de Arabische wereld met Israël laait weer op . Nasser bouwt een dreiging op in de vorm van een groot leger en hoopt zo dat het probleem zich vanzelf oplost. Het pokerspel wordt gevaarlijk, de wereld houdt de adem in. Op 5 juli 1967 vallen de Israëliërs aan. Binnen enkele uren vernietigen zij de gehele Egyptische luchttroepen, na zes na dagen is de oorlog voorbij. De Arabieren hebben een vernietigende nederlaag geleden.

 

Voor de Arabische ziel was deze periode als een terugval naar de tijd van het kolonialisme.

 

 

De 6 daagse oorlog is een keerpunt, hij brengt de nederlaag voor het Arabische socialisme en de bezetting van de nog Arabische delen van Palestina.

 

 

Na de crisis van 1967 had je twee stromingen. Een conservatieve stroming die beweerde dat door de adoptie van het socialisme en de samenwerking met de Sovjet Unie  het misgegaan is, wij moeten naar de Arabische roots en de Islam terug gaan en er was een radicaal kant die beweerde dat men  niet op reguliere troepen vertrouwen kan maar een guerrilla oorlog steun moet geven.

 

Guerrillatroepen zoals de PLO en de Fatah nemen de strijd voor de Palestijnen over. 7.22

 

Sinds 1948 wachten wij op hulp van de Verenigde Naties maar niets gebeurde, er komen steeds meer vluchtelingen bij.

 

Honderdduizenden mensen leven aan het einde van de 60 er jaren in vluchtelingenkampen in West Jordaanland, Jordanië en Libanon, sommigen zelfs al vanaf hun geboorte. Gamal Abdel Nasser kan hen niet meer helpen, in 1970 sterft hij onverwachts, met hem wordt de hoop van vele Arabieren te grave gedragen, miljoenen rouwen. De Arabische leiders condoleren, wie zal de Arabische wereld in de toekomst leiding geven?

 

De Terreur

Zomer 1970, in Jordanië ontstaan opstanden van Palestijnen tegen de regering die in het gevecht tegen Israel als te gematigd te boek staan. De situatie escaleert als Palestijnse verzetsbewegingen westerse vliegtuigen naar Jordanië  in beslag nemen en in brand steken als de passagiers in veiligheid zijn. De Jordaanse koning Hoessein laat de opstand onderdrukken. Bij de aanval op Palestijnse wijken in Amman worden meer dan 10.000 mensen gedood. Weer doden Arabieren Arabieren. Met de zogenaamde zwarte september sterft ook de Pan Arabische droom.

 

Twee jaar later, de Olympische Spelen van 1972 in München. Leden van de Palestijnse terreurbeweging Zwarte September, genoemd naar de slachting in Jordanië, dringen het Olympische dorp binnen. Ze gijzelen Israëlische atleten om zodoende gevangen genomen verzetsstrijders vrij te kopen. De Palestijnse terreur heeft Europa bereikt, de Westerse wereld is gechoqueerd. In Egypte is na de dood van Nassar, Mohammed Anwar al-Sadatpresident geworden.

 

Deel 4

 

Op 6 oktober 1973, een van de belangrijkste joodse feestdagen, Jom Kippoer, begint Sadat bij het Suez Kanaal en nieuwe oorlog tegen Israël.

 

Hij wilde niet van Israël winnen of bezetten, hij wilde alleen laten zien dat de Arabische wereld Israël het hoofd bieden kan en op het einde behaalde hij inderdaad een politieke zege, geen militaire, gewonnen werd er niet van Israël.

 

Omdat het Westen Israël gesteund had tijdens de oorlog grijpen de Arabieren naar het machtigste wapen dat zij bezitten, ze stoppen de olietoevoer en laten het westen voelen hoe afhankelijk ze zijn van de Arabische wereld. Autovrije zondagen in Duitsland.

 

Voor de eerste keer zal morgen ons land in een voetgangerszone veranderen. De energiecrisis treft op de een of andere manier alle industrielanden van de westerse wereld.

 

In de Arabische wereld verliezen de regeringen in toenemende mate het vertrouwen van hun bevolking. De meeste Arabieren zijn door de geïmporteerde ideeën zoals het kapitalisme en het communisme teleurgesteld. Velen zoeken nieuwe oriëntatie in het geloof, de Islam als Arabisch geloof wordt steeds meer als politiek instrument gebruikt. Van de westerse levenswijze profiteert alleen de elite, rijkdom en welvaart is voor de massa nauwelijks haalbaar. Terwijl voor de meeste Arabieren geloof een privézaak is, roepen steeds meer radicale groeperingen voor een Islamitische staat. De gemeenschap die de profeet Mohamed in het jaar 700 in Medina gesticht heeft geldt voor hen als perfect voorbeeld van een eerlijke wereld. De Koran, het woord van God, is de wegwijzer naar een wereld zonder uitbuiting en doelen die hen vreemd zijn.

 

Men heeft dus gezegd, de Islam حل, is de oplossing, voor wat, voor alles. Dus voor de economische problemen, de culturele, de identiteit, voor de ontwikkeling, kortom, alles dat met het leven te maken heeft is de Islam de oplossing.

 

Islamisme, radicale Islam, of Islamitisch fundamentalisme, benamingen voor een fenomeen dat voor het westen maar moeilijk te begrijpen is. Veel Islamitische groeperingen concentreren zich vervolgens eerst op sociale arbeid, ze richten Islamitische ziekenhuizen en scholen in. In hun radicalisering zijn de groepen verschillend, slechts weinigen verlangen een strenge Islamitische staat.

 

 

De Arabische regimes reageerden verschillend maar nergens kwamen de Islamieten aan de macht. Men heeft wel toenadering gezocht zoals in Egypte om van de sociale aantrekkingskracht te profiteren.

 

In het westen wordt deze ontwikkeling ontvangen met angst, tot op de dag van vandaag heeft men het er moeilijk mee de Islam als geloof en het Islamisme als politieke stroming te onderscheiden, los van elkaar te zien.

 

Wij willen graag een Islamitische samenleving in de zin van, waarden en cultureel erfgoed, dus Islam ja maar extremistische militante Islam, neen!

 

November 1977. De Arabische wereld is geschokt, de Egyptische president Sadat bezoekt als eerste Arabische leider zijn buurland Israël, de aartsvijand van de Arabieren. Het bezoek van Sadat en zijn optreden in de Knesset, het parlement van Israël, wordt door veel Arabieren gezien als verraad. Na het Egyptisch/Israëlisch vredesverdrag van 1979 wordt Egypte zelfs uitgesloten van de Arabische Liga, voor de Islamieten wordt Sadat een vijand. In dezelfde periode in Iran, een niet Arabisch land, na maandenlange onrust zet het volk de Shah af. In de Arabische wereld heeft een volk dat zijn eigen bestemming in de hand neemt een signaalwerking. Februari 1979 keert de geestelijke leider Ayatollah Khomeini uit zijn ballingschap naar Iran terug en begint met de oprichting van een Islamitische staat.

 

 

Men werd erg snel nuchter, vooral de intellectuelen zagen  snel in dat hier geen nieuwe beweging was, geen nieuwe wereld, de islamitische utopie na Khomeini  is niet anders dan de despotie die wij sinds vele jaren kennen. De Egyptische president Sadat heeft de islamieten in het begin van zijn ambtsperiode zelfs gesteund, nu is hij zelf slachtoffer. Tijdens een militaire parade in oktober 1981 openen meerdere terroristen het vuur op Sadat, door het vredesverdrag met Israël heeft Sadat in hun ogen de Arabische zaak verraden. Sadat is op slag dood. Het westen ziet de vele vooroordelen over de Arabieren bevestigd.

 

Er werd altijd gezegd, jullie moslims zijn gewelddadig, de argumenten die al geroepen werden sinds het jaar 1200. De Islam is van nature een agressieve gewelddadige militante religie. De mensen waren in de veronderstelling dat Egypte en alle andere landen in rap tempo een tweede Iran zouden worden.

 

De daders werden tot de dood veroordeeld. Ook in andere Arabische landen treden de regeringen hard op tegen Islamitische extremisten. Desalniettemin volgen in de jaren daarop steeds meer aanslagen. In de tachtiger jaren sluiten veel Arabische islamieten zich aan bij de Afghaanse verzetsbeweging, gefinancierd door Saoedi-Arabië en de VS vechten ze tegen de bezetting door de Sovjet Unie. Hier zijn Islamieten bondgenoten van het westen, tot aan het einde van de koude oorlog.

 

Gevecht tussen culturen

Wij hebben nu de gelegenheid een volledig nieuwe internationale orde in te richten.

Augustus 1990, Sadam Hoessein valt Koeweit aan.

 

Ik zag hoe Irakese soldaten baby’s uit de couveuses trokken en op de koude vloer gooiden, zegt het meisje, zogenaamd een Koeweitse verpleegster.  Het verhaal is uit de duim gezogen maar op perfecte wijze neergezet. Niks is zo gruwelijk als de moord op kinderen… Het congres huilt en zo is de oorlog tegen Irak een feit. Het gaat echter niet om baby’s maar om aardolie. Sinds de eerste oliecrisis in 1973, liggen de plannen voor een nieuwe inrichting van het Midden Oosten klaar. Nu is de politieke wil er om ze in werking te zetten. Saddam wordt door zijn oude vrienden verslagen maar nog niet vernietigd, de nieuwe inrichting wordt opgeschoven. In Afghanistan worden de Islamitische guerrillastrijders jarenlang door het westen als vrijheidshelden gevierd. September 1996 trekt de Taliban zegevierend Kaboel binnen om hun Islamitische Staat op te richten, het westen laat het toe. In Kaboel breekt de chaos uit. Het normale leven is nauwelijks te zien in de Arabische wereld maar bestaat wel, het eigenlijke leven van de mensen, aan de andere kant van de grote conflicten.

 

Iets is veranderd, het westen is begonnen haar eigen samenlevingsvorm als universeel verbonden door te zetten en zo wordt de Islam, als die zich verzet, tot uitdaging tot antithese. De persoon zelf heeft niets meer in te brengen.

 

Deel 5

 

Algerije 1991, een van de zeldzame gevallen van vrije staatsverkiezingen in de Arabische wereld. De staatspartij heeft alle andere partijen toegelaten, ook de FIS (Front Islamique du Salut), die als fundamentalistisch te boek staat. Maar als een overweldigende overwinning zich begint af te tekenen worden de vrije verkiezingen stopgezet, dat is de weg naar een lange en gruwelijke burgeroorlog. En toch zijn er steeds weer momenten van grote hoop. 1994, de vredesnobelprijs voor Rabin, Peres en Arafat. Dan 1 jaar later de moord op Rabin, uitgevoerd door een joodse fundamentalist die het vredesproces maar niks vond.

 

 

 

Aan beide kanten lopen dit soort mensen, de provocaties wisselen elkaar af. Het bezoek van Sharon op de tempelberg voor de Al- Aksa Moskee lokt in september 2000 de tweede intifada uit. Een eindeloze spiraal van acties en reacties. Aan alle kanten krijgen de hardliners meer ruimte en daarmee ook het geweld, dat telkens weer terug komt en de hoop vervliegt.

 

De aanslag van september 2001 wordt door veel Amerikanen ervaren als een aanval door vijandige Islamieten.

 

Ik geloof niet dat de meerderheid van de moslimlanden het westen niet erkent. Er zijn ook minderheden die anti westers ingesteld zijn maar de meerderheid zou graag zoals in het westen willen leven en zeer veel overnemen.

 

De gewelddadige misdaad leidt tot een gewelddadige reactie, een oorlog voor de vrijheid. Door de wereld worden nieuwe grenzen gesteld. Goed en kwaad krijgen nieuwe definities. Want het kwaad is nu het absolute kwaad en heeft een gezicht, Osama Bin Laden, Moslim, Arabier en Saddam Hoessein, die het westen zogenaamd met massavernieting dreigt. Alles loopt door elkaar en wordt op de een of andere manier 1, Bin Laden en Saddam, El Qaida en de geheime wapens, de waan en de terroristen. Een diffuus Arabisch moslim vijandbeeld dat zijn doel volkomen vervult en de GI’s begeleidt naar Bagdad als bodes voor een betere democratische wereld.

 

Ze zullen het nooit accepteren dat zij ons vertellen hoe wij democratisch worden of westers, dat moet je selectief zien. Ik wil niet het westerse democratisch model als pakket aannemen. Ik wil in vrijheid kunnen kiezen.

 

Bestaat de oorlog tussen culturen, is die misschien zelfs al begonnen, en zo ja, wie heeft hem dan uitgeroepen? De Arabieren of het westen?

 

Vertaald door Nexus van www.bovendien.com

( Iemand die de vertaling als ondertiteling kan maken is zeer welkom ).

 

Noot van de vertaler

 

Ook deze zeer goede documentaire, die veel meer van het leed van de Arabieren laat zien, het bedrog van het westen richting de Arabieren, is niet helemaal compleet. Sommige zaken zijn ook in deze documentaire twijfelachtig zoals de aanslagen van september 2001. Waren het moslims of was het een voorwendsel de moslimwereld aan te kunnen vallen? Daarover zijn de meningen verdeeld.

Om nog iets meer inzicht te geven in dit verhaal plaats ik ook de volgende documentaire in de engelse taal. In deze documentaire worden zaken duidelijk die in bovenstaande documentaire nog in nevelen verhuld zijn.

 

 

In mijn ogen beginnen gewone mensen geen oorlogen met elkaar, er steekt altijd een politieke, financiële agenda achter. Dat maakt de Engelstalige documentaire heel erg duidelijk. De rode draad van de politiek/financiële inmenging is te vinden in de familie Rothschild, de familie die aan de touwtjes trekt van vrijwel alle westerse banken.