Een penis associëren we met platte seks, maar het heeft een veel diepere betekenis.

Phallos betekent ‘licht’ en staat voor de mannelijke waarden, voor vruchtbaarheid en creativiteit. In essentie betreft het fallus-symbool het eren van de scheppende kracht van de man. Het betekent ook ergens voor staan.  

In onze tijd lijkt de fallus totaal taboe. We associëren het met porno, onderdrukking of verkrachting en zeker niet met iets heiligs, moois en liefdevols.

 

In Kawasaki, Japan, hebben ze jaarlijks het Kanamara Matsuri. (oftewel "IJzeren fallus-festival)
De legende erachter betreft een demon met scherpe tanden die zijn intrek nam in de vagina van een jonge maagd. De penis van jonge mannen beet hij het ‘hoofd’ af, op de eerste huwelijksnacht. Tot een stalen penis de moed vond om daadkrachtig en onverschrokken door te dringen en de demon te verslaan. (Deze beet zijn tanden stuk op het harde ding) Nu kon de maagd zwanger worden en baby’s krijgen.

Hierna is de ijzeren fallus heilig verklaard en in de plaatselijke tempel geplaatst.

Tijdens dit feest draagt men een enorme, knalroze fallus in een optocht door de straten.

In Komaki – weer Japan – is een optocht, waarbij ze penissen in alle soorten en maten door de straten dragen. Je zou het niet denken, maar het is een religieus feest. Volgens het Shinto geloof moet alles wat op Moeder Aarde groeit eerst bevrucht zijn door Vader Hemel.

Als ze in Japan iets doen, doen ze het ook goed en overvloedig…

In Utah, VS, vind je een prachtig en groot natuurreservaat. Evengoed komen alle wandelaars toch op dezelfde plek uit: bij the Penis Rock, oftewel: the Big Stoney. Moeder Natuur houdt van pikante grapjes!

 

Sinds de industriële revolutie moesten vaders buitenshuis werken, buiten het gezichtsveld van de kinderen. Ze werkten in een fabriek of zaten op kantoor, kwamen 's avonds laat thuis en lieten de opvoeding van hun kinderen over aan hun vrouw.

De afgelopen decennia hebben vrouwen gestreden voor hun rechten en eisten hun plaats en waardigheid op in de door mannen gedomineerde wereld. Maar naast veel goeds heeft het feminisme een hoop schade aangericht. Mannen waren sukkels, afwezige vaders of autoritaire klootzakken. Zij hadden afgedaan.

Sinds deze golf zijn ook moeders buitenshuis gaan werken en voor de jongste kinderen vonden we een nieuwe bedrijfstak uit: de crèches, waar men baby’s vanaf zes weken kan parkeren. Lange dagen zitten ze daar uit. In plaats van de taken te verdelen, besteden we ons kind uit. Zijn vreemden (die, als ze zelf kinderen krijgen, deze ook weer uit moeten besteden) beter in staat voor kinderen te zorgen dan de eigen moeder en vader? Vrouwen wilden niet gelijkwaardig zijn aan de man, ze wilden hetzelfde zijn.

Een kind heeft beide ouders nodig. Als jonge baby in eerste plaats de moeder – met wie het al een innige band heeft, daar hij negen maanden ín haar heeft geleefd en zij alles deelden – en wanneer het de wereld gaat verkennen, komt de vader steeds meer in beeld. Opgroeien tot een complete, verantwoordelijke en liefhebbende volwassene kan alleen met liefdevolle interactie. De ouders zijn de belangrijkste rolmodellen, via hen vindt een kind zijn plaats in de wereld. ‘Professionele zorg’ is slechts een surrogaat, dat het kind misleidt.  

De moderne maatschappij erkent de behoeften van kinderen niet. Ouders zijn fysiek dan wel emotioneel afwezig. Het kind lijdt aan gevoelsarmoede, een soort psychische hongersnood.

Natuur-lijk zijn er gezinnen waar het anders gaat, waar ouders hun kinderen bewust meemaken en hen de aandacht en liefde geven die ze nodig hebben om gezond en gelukkig op te groeien. Een aantal lukt het zelfs dit te combineren met een baan.

In spirituele en ‘vernieuwende’ kringen, is de man ook de boosdoener, de milieuvervuiler, de verkrachter, de oorlogvoerder. De vrouwelijke energie en waarden zouden heilig zijn. Vrouwen zouden geestelijk verder ontwikkeld zijn, zorgzaam, intuïtief, sociaal, vredelievend, gericht op het belang van de gemeenschap, zoeken naar verbondenheid. Mannen zouden ik-gericht en competitiegericht zijn, doortastend, rationeel, assertief (of agressief), ambitieus en graag de confrontatie aangaan.   

In het dagelijks leven merk ik er weinig van. Ook vrouwen kunnen genadeloos en hard zijn en er zijn mannen die intuïtief en zachtaardig zijn. Kinderen van Moeder Aarde, waarin alleen vrouwen de leiding hebben, vind ik dan een mooi verhaal, het komt niet overheen met mijn eigen ervaringen.   

Uiteraard was en is een krachtige beweging tegen de overheersing door mannen en tegen vrouwenonderdrukking zeer nodig, alleen moeten we de man niet met het badwater wegspoelen. Beiden hebben hun unieke kwaliteiten. Om het nog ingewikkelder te maken: Ieder persoon is een mix van vrouwelijke en mannelijke eigenschappen.

De vrouw en de man zie ik als een yin en yang.

Het zijn geen absolute polen als ‘goed’ en ‘kwaad’. Allebei de energieën zijn nodig, ze kunnen ook alleen bestaan in relatie met elkaar. Hoe beter ze met elkaar in harmonie zijn, hoe gezonder het klimaat. Evenmin zijn het statische gegevens, het is een dynamisch proces, een beweging die altijd doorgaat. 

Ook vrouwelijke en mannelijke energie en waarden zouden in balans moeten zijn. Dat zorgt voor flexibiliteit en veerkracht.   

Willen we de onderdrukking oplossen, moeten we weer in contact komen met onze kern, onze essentie, onze natuur. Laat ieder de plaats innemen waar hij zich het meeste thuis voelt en werkelijk betrokken kan zijn. Je hoeft niet te kiezen tussen gevoelig en zacht of zeggen waar het op staat en zelfverzekerd. Je kunt al je sterke kanten integreren, ze kunnen elkaar aanvullen. Het goede van jezelf ontwikkelen en uitdragen. Zowel intuïtief, verantwoordelijk, sociaal, gevoelig als daadkrachtig zijn. Het ligt ook aan de situatie welke reactie er nodig is. Als je je kind probeert bij te staan, dat in de put zit, reageer je anders dan als je je gezin moet verdedigen.     

Pas als je in harmonie en in contact bent met jezelf, kun je je op een vrije en gezonde manier met anderen verbonden voelen. ‘De man’ zou weer in contact moeten komen met het scheppende, het creatieve, het vruchtbare, waar het fallus symbool voor staat.

Ook juist in deze tijd zijn daadkracht en manmoedigheid zeer nodig. Ergens durven voor te stáán. Integriteit.

Ook in het Westen vinden we altaarstenen met fallussen erop, die tijdens religieuze diensten zijn gebruikt om het mannelijke te eren en te bidden voor vruchtbaarheid en kracht.  In onze tijd ligt er een taboe op de penis. Elk mogelijk verband met seksualiteit vermijdt men.

Tegelijkertijd komen perversiteit, porno en platvloersheid ons leven binnen via seksshops, Internet en televisie. Het is uiterlijk vertoon. Een destructieve uiting van wat onderdrukt is.

Je kunt het vergelijken met een vruchtbaar stukje grond. Je kunt het onkruid (wantoestanden, seksueel geweld) verwijderen, opdat de planten en bloemen ongestoord kunnen groeien.

Spontaan kunnen er prachtige bloemen opkomen, die je echter in de knop kunt breken, omdat je ze schaamteloos en onbescheiden vindt. Mogelijk ben je ergens jaloers, als je zelf in je bloei bent geknakt en jezelf niet mochten laten zien. Je kracht en kwaliteiten moest je onderdrukken en verbergen omdat de omgeving het niet tolereerde. Je kunt kwistig met de gifspuit te werk gaan, alles doodmaken. Of alles wat spontaan opkomt, eruit trekken en er iets planten wat misschien niet gedijt.

Onlangs bezocht ik met een vriend het seksmuseum in Amsterdam. Voorspelbaar ranzige porno en foto’s van prostitutie kwamen we tegen. Tegelijk sierlijke en mooie beelden, uit allerlei tijden en culturen. Sommige drukten liefde uit. Of een prachtige bronzen schaal, met rondom allemaal piemels. Of een kamer waar je televisie kon kijken (ik hoef niet uit te leggen waarnaar), met drie stoelen en daaromheen twee levensgrote plastic penissen. Je kon erop gaan zitten.    

Er waren taarten met bijvoorbeeld een mooi gevormde chocoladepiemel erop. Er waren figuurtjes van marsepein.   

Al mijn halve leven duurt mijn interesse. Iets wat ik voor een afwijking aanzag. Een autistische obsessie. Later bleken meer mensen deze passie te delen.

Zo heeft mijn vader een boek, waar gedetailleerde schilderijen in staan, met piemels erin verwerkt, als verstopte paaseieren.

Thuis val ik bijna iedere avond in slaap met mijn pluche knuffels tegen me aan. Niet zo kinderlijk als het klinkt, want het moeten heuse fallussen voorstellen. De diepere betekenis zou kunnen zijn dat iets ‘hards’ en mannelijks tegelijk lief en zacht kan zijn. Mijn tuten, noem ik ze ook wel. (Als je borsten tieten kunt noemen, waarom een penis dan geen tuut?) In elk geval liggen ze heerlijk.   

 

Het woord ‘Penis-project’ heb ik afgeleid van het Venus-project, zoals het in de documentaire Zeitgeist is uitgelegd. Een alternatieve economie, waarin men zoveel mogelijk in harmonie leeft met de natuur en niet meer neemt dan de aarde kan geven. Geld zit er niet tussen. Het samenlevingsverband lijkt op die van kleine dorpen en stammen, alleen is de omgeving hoogtechnisch, symmetrisch en geautomatiseerd.  

Wat ik mis, is creativiteit en spontaniteit. Het zal er zeker schoon en leefbaar zijn, maar het doet ook kil en wetenschappelijk aan.  Venus staat ook wel voor het vrouwelijke. De planeet Venus is vernoemd naar Venus, de Romeinse godin van de liefde. Vrouwen komen van Venus, zeggen ze ook wel. Het Penis-project zou een mooie tegenhanger zijn, vooral daar de documentaire Zeitgeist Moving Forward begint met het citaat: “In a decaying society, art, if it is truthful, must also reflect decay. And unless it wants to break faith with its social function, art must show the world as changeable. And help to change it.” – Ernst Fischer.

Kunst zou, als ze waarachtig is, de toestand van de maatschappij moeten reflecteren. En tenzij zij wil breken met haar sociale functie, de wereld tonen als veranderlijk en het helpen te veranderen.

Laat ook erotiek weer mooi, onschuldig en vrij zijn.

 

Sarah Morton

Bron artikel: http://www.dus-sarah-morton.info/2012/01/penis-project/