Met de vorige gedenkpenning ter gelegenheid aan haar dertigjarig regeringsjubileum heeft ons staatshoofd weer eens haar goddelijke aard getoond. Weliswaar niet van de god die mevrouw Van Amsberg naar eigen zeggen uitverkoren heeft om over ons te regeren, maar van de hedendaagse personificatie van Hybris. Alsof haar beeltenis op onze euromuntstukken nog niet genoeg spam is, kon deze 'zwaar vergulde en zeer ( detail...)gewilde' penning er ook nog wel bij. Geld en de familie Van Amsberg: van één en hetzelfde laken een pak. Immers, er is geen idealer middel tot zelfverheffing en -verheerlijking dan via goud en geld dat iedereen begeerd wordt. Hoe plat en banaal zo'n gedenkmunt ook zijn moge, tegelijkertijd is het even voorspelbaar, verklaarbaar en na dertig jaar Beatrix van Amsberg te hebben moeten ondergaan zelfs ook te begrijpen.

 

 

Maar nauwelijks ligt deze jubileumpenning in de winkel, of de volgende dient zich alweer aan, ditmaal echter van een geheel andere soort en categorie. Was de vorige nog een megalomane uitdrukking van Υβρις, deze is van een platte schaamteloosheid die zijn weerga niet kent. Ter gelegenheid van het 150-jarig bestaan van 'Max Havelaar', het beroemde boek van Eduard Douwes Dekker alias Multatuli, is er nu namelijk een 5-Euro muntstuk geslagen. Het verhaal van Max Havelaar is een hartverscheurende aanklacht tegen het beleid van de Nederlandse Handels Maatschappij (NHM), opgericht door koning-koopman Willem I, voortgezet door zijn zoon en kleinzoon, en tenslotte ook door de Staat der Nederlanden. De familie Nassau ('Van Oranje' krijg ik maar niet uit mijn strot) was hoofdaandeelhouder, en legde met de NHM de basis voor hun astronomische kapitaal. Vrijwel direct nadat in 1815 in Nederland de monarchie uitbrak moest koning Willem manieren verzinnen om aan geld te komen, vandaar dit initiatief dat zeer lucratief zou blijken te zijn. Nog geen acht jaar later, in 1823, werden op bevel van koning Willem I alle pachtcontracten gedwongen geliquideerd om concurrentie op de suiker- en koffiemarkt te weren. Het gevolg was dat er een complete oorlog uitbrak, maar de koning trok brutaalweg nog meer macht naar zich toe.

Slotscène uit de film 'Max Havelaar' naar het gelijknamige boek van Multatuli. (1976)

Korte tijd later besloot koning Willem I dat zijn NHM het exclusieve opiumcontract voor Madoera en Java kreeg. De opium werd ingekocht in Turkije, vervolgens naar Nederland vervoerd om te worden verpakt en tenslotte naar Java verscheept. De winsten van zowel de groot- als de detailhandel in opium waren enorm, en de onderdrukking en uitbuiting van de bevolking dienovereenkomstig. Juist in de woedende Java-oorlog bleken inheemse huursoldaten gretige afnemers te zijn van Willems opium, en gaven hun karige soldij daar maar al te graag aan uit. Zodoende kon de oorlog extra winstgevend gemaakt worden. Het stimuleren van opiumgebruik onder Javanen was niet in strijd met de zedelijkheid, zo oordeelde het Tweede-Kamerlid Van Hoëvell later, omdat daarmee immers handelswinsten werden behaald. Deze oorlogsellende, die circa 8.000 Nederlandse soldaten het leven kostte en ruim 200.000 Javanen, leverde een winst op die ruim 10% bedroeg van de totale inkomsten in die periode. De kosten van de peperdure oorlog werden er sowieso ruimschoots door gedekt, en zodoende hebben de Javanen zélf de kosten betaald voor het leger dat hen kwam onderwerpen. De aanvankelijke verliezen van de NHM werden door de opiumhandel uiteindelijk vette winsten, die niet alleen het faillisement van de maatschappij hebben voorkomen, maar zelfs de financiële basis hebben gelegd voor de instituten ABN-AMRO en de familie Van Amsberg,- echter wél ten koste van honderdduizenden levens.

En uitgerekend de beeltenis van mevrouw Van Amsberg moet op de voorzijde van deze munt prijken, die één schreeuwende aanklacht is tegen uitbuiting, honger, ziekte en dood. Een zwarte bladzijde uit niet alleen de Nederlandse geschiedenis, maar vooral: háár geschiedenis.

Literatuur:


  • Ewald Vanvugt: Zwartboek van Nederland en overzee - wat iedere Nederlander moet weten. Uitg. Aspekt, 2002
  • C.V. Lafeber: 'Met klewang en knuppel' - vierhonderd jaar Nederlands-Indonesische betrekkingen. Goirle, 2000

Bron: Prorepublica